Ontworpen door Els de Crook

 

Dublin

 

Toen we jaren geleden naar de Wicklow Mountains gingen vlogen we op Dublin en namen daar de trein. Toen al zei ik dat ik nog eens terug zou komen om Dublin te bezoeken en daar zijn we nu.

De naam Dublin komt van het Gaelische dubh linn wat zwart water betekent.

Ierland is een republiek en Dublin is de hoofdstad. Dublin County is ruim 900 km² groot.

Religie: het merendeel is rooms-katholiek, verder een klein percentage anglicaans en nog geen 1 % moslim.

Taal: Gaelisch en als tweede taal Engels.

Om 6 uur liep de wekker af en aangezien ik tot 23:45 uur had gewerkt, wilde ik nog even lekker onderuit hangen. Dus schreeuwde de wekker mij na een kleine 4 uur slaap keihard wakker. Om half 7 kwam Marc ons ophalen; wat makkelijk is het toch dat beide schoonzonen op Schiphol werken.

Het was niet mogelijk om de boardingpassen thuis te printen en dus moest ik dat op Schiphol doen, tegenwoordig doe je namelijk alles zelf. Er staan van die mooie selfservice apparaten en het is heel eenvoudig om in te checken.

Ook de koffers moet je zelf regelen. Je zet de koffer in het desbetreffende hok en dan scan je de streepjescode van je boardingpas. Dan wordt de sticker voor de koffer uitgeprint en tot slot krijg je een ontvangstbewijs.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

We konden op tijd boarden. De vlucht was heerlijk rustig en vlogen we terug in tijd, want in Ierland is het 1 uur vroeger dan bij ons.

Het is nog nooit gebeurd - en wij reizen toch veel - dat onze koffers er zo snel en naast elkaar op de band lagen.

Toen we het uitje naar Dublin on line rechtstreeks bij Aer Lingus regelden zagen we ook de optie om met de bus van de airport naar down town te kunnen gaan en de Hop-on bus. zo'n Hop-on bus is heerlijk, want hij rijdt langs alle bezienswaardigheden en je kan op diverse plaatsen uit en in stappen. we hebben een ticket voor 2 dagen.

Ons ritje van het vliegveld naarmate stad duurde iets meer dan een half uur. Daarna was het dus weer even zoeken naar het hotel, maar gelukkig spreekt men hier Engels dus na een keer vragen liepen we meteen in de goede richting.

Ofschoon we vroeg waren mochten we toch meteen naar onze kamer.

Na ons geïnstalleerd te hebben zijn we rond gaan kijken.

Men rijdt hier links en dan is het oversteken even uitkijken, want je moet dus net naar de andere kant kijken. Het hoge percentage katholieken zie je terug in de hoeveelheid kerken.

Grappig zijn de schoorstenen en die doen me denken aan een tv programma van jaren geleden: Coronation street. En ook in Dublin wordt er gewerkt aan de moderne tijd en worden gebouwen gesloopt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gedenkteken ter ere van Charles Stewarts Parnell; is een van de belangrijkste Ierse vrijheidsstrijders uit de 19de eeuw. Hij streed in het Britse Parlement als leider van de Home Rule Beweging voor het recht van de katholieken om land te mogen bezitten en voor onafhankelijkheid van Groot-Brittannië. Dit monument werd in 1911 door Augustus Saint-Gaudens geplaatst voor de granieten kolom met gedenkschrift en aan de Parnell Square.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Kerken genoeg....

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Park met een prachtig beeld en idem tekst....

 

 

 

 

 

 

 

 

Nog even een paar schoorsteentjes.... Nog even een kerkje tussendoor en zelfs de vuilnisbakken zijn hier mooi; niet waar?

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Op een marktje werd mijn aandacht getrokken door het geluid van een meeuw. De meeuw zat boven op de viskraam en maakte telkens aanstalten om te gaan vissen met zijn bekje. Op een bepaald moment vloog hij eerst op de grond en toen aan de zijkant van de kraam. Het is hem gelukt om een viskop op de grond te gooien en toen hij werd weg gejaagd vloog hij weg om even later terug te komen en het zelf gevangen kopje op te peuzelen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Na een nacht heerlijke slapen waren we top fit om onze Dublin-kijk-dagen te vervolgen. De Hop-on bus genomen en onderweg wat foto's genomen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bij de St. Patrick's Cathedral zijn we uitgestapt en de prachtige kerk gaan bezichtigen. St.Patrick is de beschermheilige van Ierland en de schutspatroon van deze gotische kathedraal. De Noormannen bouwden op dit plein 1191 een stenen kerk. Aan het begin van de dertiende eeuw werd de kerk verbouwd en in 1370 werd de westelijke toren na een brand herbouwd. In 1749 werd de torenspits toegevoegd.

Een aantal voor Ierland bekende of beroemde mensen liggen hier begraven. Prachtige glas-in-lood ramen en een goede geldschieter voor de renovatie en herstel is de beroemde Guinness familie.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De borden geven de Ierse en Engelse naamgeving aan, maar van het Iers is weinig te maken. Het klinkt wel heel grappig.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De trap is pas eeuwen later erin geplaatst en wijkt af van de bouwstijl van de kerk. Toen het orgel en de organist van plaats veranderde moest deze trap geplaatst worden, want anders kon de organist niet bij het orgel komen…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Na dit bezoek zijn we weer de Hop-on bus gaan zoeken. Onderweg kwamen langs een klein postkantoor en een lange rij wachtende mensen stonden daar te wachten om binnen te mogen. Op vrijdag is het namelijk betaaldag en de mensen komen hun uitkeringen en pensioenen halen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Onze volgende stop was het Guinness Storehouse; een groots opgezet museum en informatie gebouw met alles over de Guinness bieren.

In 1759 Arthur Guinness startte met het maken van zijn Guinness en wereldwijd kan men nu zijn bier drinken. Het was een slimme man, want hij heeft toen al een lease vast laten leggen van maar liefst 9000 jaar voor een plek aan de St. Jamesgate met toegang tot de city watercourse.

Het pand is 7 verdiepingen hoog en op elke etage krijg je informatie over de Guinness.

We hebben daar heerlijk geluncht en natuurlijk een pint Guinness erbij gedronken.

Zou het geheime recept in deze oude kluis hebben gezeten? Het museum is zo ruim opgezet dat je niet door hebt dat er busladingen met bezoekers rond lopen.

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Op de bovenste verdieping had je een mooi overzichtje over de stad. Helaas kon je niet naar buiten en moest ik dus door de ramen heen fotograferen. Ja het is ook wel logisch dat men de deur naar de noodtrap afsluit, want er zijn op verschillende verdiepingen bars met Guinness en ja als men dan een pint neemt is dat toch maar liefst een halve liter. En als men dan ook nog meer dan een pint neemt, dan kan dat invloed hebben op het gevoel van balans maar ook overmoed opwekken en ja als er dan iemand omlaag zou vallen zou dat geen goede reclame voor Guinness zijn.

Na de lunch de bus weer gepakt en nog wat foto's genomen. 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In het Phoenix Park staat een obelisk van bijna 70 meter hoog. Dit Wellington Monument staat er al sinds 1814 en is ter ere van generaal Wellington na de slag bij Waterloo. Wellington was in Dublin geboren.

Presidente Mary MCAleese heeft de in het park staande residentie -Áras An Uachtaráin - voor het publiek opengesteld. Het gebouw stamt uit 1751 en is in de Georgiaanse bouwstijl gebouwd. Op de tweede verdieping links brandt altijd een lichtje.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Eerst de avondtoer met de Hop-on bus gedaan en toen teruggelopen naar de mooie brug. Rijdend in de bus is het lastig foto's nemen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

En de nieuwe hangbrug is de moeite waard om goed te bekijken. De architect is Santiago Calatrava en is vernoemd naar de beroemde in Dublin geboren toneelschrijver Samuel Beckett (1906-1989). Samuel Beckett kreeg in 1969 de Nobelprijs voor Literatuur. De brug verbindt sinds 2009 de North en South Docklands en gaat over de Liffey.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De sfeer van deze levendige stad en al die lichtjes en vrolijke mensen dragen daar aan bij. Wat me wel op valt is dat er nog veel gerookt wordt en met name veel jongeren staan en lopen te roken. Ook zijn er bedelaars en zie je 's avonds mensen op de grond hun alcoholroes uit liggen te slapen; een beetje beschut door een uitstekende winkelpui.

De Half Penny Bridge is een prachtige gietijzeren brug in Victoriaanse stijl en gebouwd in 1815-1816. De brug dankt zijn naam aan het feit dat men tot 1916 een halve penny tol moest betalen om de Liffey droog over te steken.

Ook een bezoek gebracht aan het Writers museum wat in een prachtig Gregoriaans huis is gehuisvest. Via een audio-apparaat kregen we uitleg over de levens en werken van een aantal beroemde Ierse schrijvers, zoals Jonathan Swift (Gullivers Travels), Oscar Wilde, Yeats, Shaw, Behan, Joyce, Millington Synge, Stoker (van de Dracula verhalen) en Samuel Beckett. Er stonden vitrines met brieven, manuscripten, eerste drukken, typemachines en afbeeldingen. Dit alles mocht ik niet fotograferen, vanwege allerlei rechten, maar wel op de tweede verdieping.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De IRA blies in 1966 de Nelson's Pilar op en op dat plek staat sinds 2003 het hoogste bouwwerk van Europa: Monument of light. Deze blinkende naald is maar liefst 120 meter hoog en is beneden 3 meter doorsnee en dat loopt geleidelijk terug tot het aan de top nog slechts 15 cm is. Het is ontworpen door een Britse architect (Ian Ritchie).

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dat is nog eens handig: een bankgebouw - Bank of Ireland - zonder ramen. Al het licht komt van boven.

Trinity college werd in 1692 door koningin Elizabeth. Een prachtig complex. Veel beroemde mensen hebben hier gestudeerd, zoals de schrijvers als Jonathan Swift, Oscar Wilde, Bram Stoker, Millington Synge, Samuel Beckett en Edna O'Brien, maar ook politici bijvoorbeeld Henry Gratan, Mary Robinson.

De kapel is 19de eeuws en werd vandaag gebruikt om een huwelijk in te zegenen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Molly Malone; een beeld van een straat verkoopster die een kar met mosselen voort duwt, is beroemd geworden door de traditionele folksong natuurlijk in het Dublin's (Crying cockels and mussels! alive, alive oh!).

Er zaten een aantal jongeren muziek te maken en een van hen had een speciaal soort doedelzak; hij blies niet maar pompte met zijn rechter arm op de een of andere manier lucht in de doedelzak.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het gebouw links op de hoek (onder) is het geboortehuis van Oscar Wilde. In het park staat een beeld of monument van Oscar Wilde is The Fag on the Crag gedoopt oftewel: de nicht op de rots. Oscar Wilde was homo en werd daar ook een paar voor opgesloten in de gevangenis. Toen hij eruit kwam is hij naar Parijs gegaan en is een paar jaar later overleden.

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het National Museum.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De vele deuren van Merrion Street. 

             
 

 

 

 

 

 

 

 

         
 

   

 

 

 

 

 

 

        

                                                                                                 

En na de deurenparade het beroemde Shelbourne hotel. Dit is een luxueus klassiek hotel waar veel bekende en/of beroemde mensen een nachtje hebben door gebracht, bijvoorbeeld Grace Kelly, Bill Clinton.

  

En natuurlijk een kentekenbord van een auto.

 

 

 

 

 

 

Geld hoef ik dit keer niet apart te laten zien, want ook in Ierland is de Euro het betaalmiddel.

 

St. Stephen's Green is een gigantisch mooi park; ruim van opzet en ontzettend goed onderhouden.

Aan het begin van het park staat de Fusillier's Arch. Het is en soort triomfboog van hoge stenen uit 1899-1900 en daar ter ere van de in de Boerenoorlog gesneuvelde soldaten van de Royal Dublin, neergezet.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Grappig om te zien dat de jonge zwanen twee-aan-twee dezelfde houding aannemen om een middagdutje te doen. De zwanen zijn ook erg tam, want ik zag iemand die naast de volwassen zwanen zat en de zwaan liet zich gewoon aaien.

Dublin's Castle is gebouwd door de Engelsen in opdracht van koning John Lackland (Jan zonder Land) in 1204 gebouwd, maar ook op latere tijdstippen is er gerestaureerd en gebouwd. Tot op heden worden hier de Ierse presidenten geïnstalleerd.

 

  

 

 

 

 

 

 

 

 

                                         

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

We hebben het kasteel niet aan de binnenkant bezocht, want we hebben al veel kastelen gezien en kunnen dus we een voorstelling maken van wat we er zouden kunnen zien. Bovendien was het lekker weer en dan is wandelen in de buitenlucht toch veel aantrekkelijker.

En alleen wandelen doe ik natuurlijk niet, want er zijn altijd wel leuke plaatjes te schieten.

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 Het bronzen O'Connell Monument staat vlakbij de O'Connell bridge. Het beeld werd in 1854 door John Henry Foley geplaatst. Boven op het monument staat O'Connell met daaronder vertegenwoordigers van de Ierse maatschappij. De vier gevleugelde beelden op de sokkel zitten nog de kogelgaten uit de Paasopstand van 1916. Daniel O'Connell (1775-1847) was ook weer zo'n belangrijke of misschien wel de belangrijkste vrijheidsstrijder van Ierland. Hij streed als advocaat van de katholieke emancipatiebeweging en als politieke tegenstander van de Engels-Ierse Unie in Ierland. Pas toen de Engelsen definitief verdwenen waren kreeg de straat de naam O'Connell Street.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Het bronzen plakkaat op de grond bij de brug.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In de verte zie je de Half Penny brug.

Onder de voorkant van het Trinity College en rechts de Christ Church.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

We wilden de Christ Church Cathedral binnen gaan, maar werden even aangehouden en kregen uitleg dat er een mis over een paar minuten zou beginnen en dat de mis minstens tot 12:20 uur zou duren. Het was toen bijna 11 uur. We wilden wel eens kijken hoe deze mis zou verlopen, want de kerk behoort tot de Anglicaanse kerk. De inhoud van de mis lijkt veel op die van de Rooms Katholieke mis, maar er zijn een paar verschillen. Eerst lopen de priester en medepriesters (want er waren er meer) met het koor en misdienaars door de hele kerk en eindigen dan op het altaar.

Er was een man met een speciale stok met gouden knop, die naar bepaalde personen in de kerk liep en met de stok een persoon aanwees die vervolgens op stond en op zijn teken naar voren liep en een stuk voor las.

Tijdens de mis riep priester op tot het handen schudden en de ander vrede wensen. Onze nieuwe en onbekende buurvrouw deed dat richting ons. Een mooi gebaar. En ook de priester en zijn medepriesters liepen tot halverwege de kerk om een aantal mensen vrede te wensen.

Aan het eind van de mis gingen de priesters met koorleden en misdienaars eerst een rondje door de kerk maken en toen vertrok men naar de crypte waar koffie en thee geschonken werd. De organist speelde nog door en een heleboel mensen bleven hiervoor zitten.

Nadat de kerk weer opengesteld was voor het publiek, heb ik mijn foto's gemaakt.

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De Vikingen bouwden de kathedraal rond 1038 en rond 1172 begon de kerk zijn huidige vormen te krijgen. Rond 1162 begon aartsbisschop Laurence de Keltische tradities naar Europese maatstaven te reformeren. Kanunniken werden monniken, in de orde van St. Augustinus en de liturgie volgde het gebruik van Salum in Engeland. De hervorming kwam in de jaren 1530 opnieuw uit Engeland, want toen Henry VIII de banden met Rome verbrak, moest de Ierse Kerk ook volgen.

Na dit bezoek zijn we in een pub gaan eten. Een bezoek aan de pub is op zondagen vaak voor gezinnen, men eet en drinkt er wat en kijkt samen naar een voetbal wedstrijd.

In Dublinia St.Michaels Hill Christchurch was een tentoonstelling over de Vikingen. Leuk opgezet en niet te groot.

  

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

The Stag's Head pub is in 1770 geopend en in 1895 her- of verbouwd in Victoriaanse stijl. Het pand heeft drie verdiepingen met nisjes, zithoekjes en natuurlijk met een beperkte verlichting. Prachtig houtsnijwerk, kleurige ramen en met een opgezette kop van een mannetjeshert (stag). En de Guinness smaakt uitstekend.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik vind het altijd prachtig om te zien hoe inventief mensen kunnen zijn om geld te verdienen en zie hier weer 2 mooie voorbeelden: op het ene plaatje zie je een man met een apart soort bellen-voort-breng-ding. En op het andere plaatje heeft een man een zandsculptuur gemaakt van een zeug met biggetjes.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Weer een bronzen beeld en dit keer van een musicus. Verder een kerkje en het Stephen's Green shopping centre. En wat dacht van de ZIT-schoenen? Want ik denk dat je daar niet behoorlijk op kan lopen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Vannacht had het geregend, maar overdag was het gelukkig droog en dus gingen we - zoals gepland - naar de National Botanic Gardens. Onderweg de weg gevraagd en die meneer gaf aan dat het een flink eind weg was en dat je er met de bus kon komen. Wij wilden lekker wandelen en na een uurtje waren we er.

Onderweg werden we aangesproken door een mevrouw die uitgebreid haar beklag deed over een paar mensen. Ze dacht van Indische oorsprong die in de vuilnis van de mensen aan het snuffelen waren en daar spullen uithaalden die ze mogelijk kunnen gebruiken. Ik had de man al een bloes zienderogen en even verderop stond de wandelwagen van de vrouw met daarin geen kind, maar allerlei kleding en zelf was ze nog een vuilnisbak aan het onderzoeken op spullen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Deze botanische tuin werd in 1795 door de Royal Dublin Society gesticht en is sinds 1878 voor het publiek geopend. Een enorme collectie van zo'n 17.000 verschillende soorten planten van over de hele wereld zijn hier te vinden. De exotische planten staan victoriaanse kassen, die van gietijzer en glas gemaakt zijn. De tuin is ongeveer 20 ha groot.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een heel erg knoestige boom.

De herfst kleurt de bladeren aan de bomen steeds mooier en de variatie in bloemen, planten en bomen zorgen voor een palet aan tinten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Een schattig eekhoorntje rent over de boom heen. Het beestje heeft een lichte vacht en valt bijna niet op.

 

Er was ook een rozentuin en het verbaasde me dat er nog zo veel rozen in bloei stonden. Natuurlijk diverse soorten en kleuren en dus heb ik er een collage van gemaakt in plaats van roosje voor roosje…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Na deze rondwandeling door de Botanische tuin zijn we bij een pub gaan lunchen. Toen we binnen kwamen vroeg men of we voor de begrafenis kwamen? Niet dat we verdrietig keken hoor. We konden in de serre terecht om te lunchen en het was ook niet een echt verdrietige begrafenis, want we hoorden allerlei lachsalvo’s in de verte.

 

 

 

 

 

 

 

 

 


Er wordt links gereden en de meeste toeristen zijn gewend aan rechts rijden, dit zou voor veel ongelukjes kunnen zorgen en dus zijn ze zo slim geweest om met grote letters op de grond te schrijven: LOOK RIGHT of LOOK LEFT. Nu is een beetje kennis van het Engels voldoende om niet aangereden te worden.

Het is hier ook nog steeds gebruikelijk dat men schooluniformen draagt en dus zie je een variëteit aan groen en groen-blauwe kleding. Het enige wat men kan doen is het rokje wat hoger optrekken om er meer sexy uit te zien en wat meer make-up op doen, maar daar blijft het ook bij.

 

 

 

 

 

 


Dublin is een gezellige stad met veel cultuur en natuur.

 

De Guinness was/is heerlijk! 

Lampjes van de Nederlandse bodem....

 

 

Molly Malone songtekst

In Dublin's fair city

where the girls are so pretty

I first set my eyes on sweet Molly Malone

As she wheeled her wheel-barrow

Through streets broad and narrow

Crying cockles and mussels, alive alive O!

Alive, alive o-oh

Alive, alive o-oh

Crying cockles and mussels, alive alive O!

She was a fish-monger

And sure 'twas no wonder

For so were her father and mother before

And they both wheeled their wheel-barrows

Through streets broad and narrow

Crying cockles and mussels, alive alive O!

Alive, alive o-oh

Alive, alive o-oh

Crying cockles and mussels, alive alive O!

She died of a fever

And no one could save her

And that was the end of sweet Molly Malone

But her ghost wheels her barrow

Through streets broad and narrow

Crying cockles and mussels, alive alive O!

Alive, alive o-oh

Alive, alive o-oh

Crying cockles and mussels, alive alive O!                                                                          

Alive, alive o-oh

Alive, alive o-oh

Crying cockles and mussels, alive alive O!